Wie schrijft, leidt

plan                                                       Een tekst over schrijven van Edith Nijhof, Taalnaartaal. Tekst voorbereiden of niet? Wie schrijft, leidt.

  

Wie schrijft, leidt? Eerder publiceerde ik ´Wie schrijft, lijdt.´

Nu een artikeltje over voorbereiden of niet voorbereiden op schrijven.

´Wie van jullie maakt een plan voordat hij gaat schrijven?´ Ongeveer de helft van de vingers gaat omhoog. ´En wie van jullie begint gewoon?´ Een paar vingers gaan de lucht in.
We zitten in het klaslokaal van studenten aan de lerarenopleiding Nederlands bij het vak Zakelijk Schrijven.
Ik ben een van de plannenmakers, maar terwijl ik mijn hand opsteek, dringen zich toch een paar vraagjes aan me op. Bereidde ik me echt altijd voor? Maakte ik altijd een plan? Nee, eigenlijk niet. Het hangt van de omvang en complexiteit van het onderwerp af of ik dat doe of niet.

Een plan geeft gemak, maar niet iedereen plant.

 Leeswijzer

Dit is een artikel van vijf pagina´s. Vind je dat te lang om te lezen, dan kun je 2 dingen doen:
A. Lees alleen tot aan punt 7. Na de conclusie aldaar heb ik namelijk nog een soort bijlage toegevoegd, een voorbeeld van een simpel schrijfplan dat geïllustreerd is met voorbeelden.

B. Je kunt meteen naar punt 7 gaan. 

1.     Gemak van een schrijfplan 

Een schrijfplan kan je heel goed helpen. Een plan helpt je om:

–       je gedachten te ordenen

–       te bepalen waarover je schijft

–       te voorkomen dat je afdwaalt

–       geen onderdelen te vergeten

–       je doelgroep voor ogen te houden

–       je ideeën te ontwikkelen

–       je tijd te plannen

–       je werkzaamheden te plannen.

 

2.     Planning in mijn praktijk 

Dit artikeltje in de praktijk
Bereidde ik me met een plan op dit artikeltje voor? Ja en nee. Ik putte voor dit artikeltje uit een veel langer stuk dat ik eerder schreef en waarin ik verwoordde wat ik interessant vind aan taal, wat ik weet over het ontstaan ervan, wat me bekend is over het leren en gebruiken ervan en dus ook over het schrijven. Toen ordende ik mijn kennis en ideeën al.
De inhoud van dit artikeltje broedde maanden later als ideetje in mijn hoofd. Het werd pas rijper toen ik al een tijdje als tekstschrijver werkzaam was en me bovendien had ingewerkt in de materie van publiciteit via de sociale media.

Om dit artikeltje te schrijven, had ik geen plan nodig. Mijn idee was rijp genoeg.
Maakte ik voor dat eerdere lange stuk wel een plan? Jawel, een kleintje, want ik stelde een rij thema´s op waarover ik wilde schrijven. Ik begon met een tijd-volgordelijke opzet, eerst de oorsprong van taal, daarna pas de andere onderdelen. Toch bleek dat ik al schrijvend vaak twijfelde aan deze opzet. De paragrafen die na de oorsprong van taal behandeld werden, wisselden nogal eens van plek. Blijkbaar moest de definitieve volgorde rijpen.

Ik ken iemand die wel vier versies van een artikel maakt. Delen uit de verschillende versies plakt hij in andere, waarbij hij ze in een afwijkend lettertype erin opneemt. Pas aan het eind wordt de definitieve versie van het betreffende tekstdeel gekozen.

Een mij bekende romanschrijver past voor het vasthouden van alternatieven/mogelijkheden/oplossingen de vorm toe die je zonet zag. Hij presteert het zelfs om hoofdstuktitels te voorzien van ´concept´. En dit lees je gewoon in de definitieve roman zelf, hè? Gevalletje van postmodernisme.

De meeste tijd voor dit artikeltje ging op aan de volgende drie dingen. Ten eerste aan het bedenken welke informatie voor mijn lezers uiteindelijk het interessantst zou zijn. Ten tweede aan de manier waarop ik de tekst zou formuleren; ik wilde tamelijk saaie kost zo smeuïg mogelijk maken. Ten derde / als laatste besteedde ik veel tijd aan het – eerst – selecteren en daarna (toch weer) wegkeilen van het te veel aan ideetjes. ´Schrijven is scheiden´, inderdaad, ja. Maar ik hield het droog. 

Betoog in de praktijk
Een betoog schrijven vind ik leuk. Schraap argumenten bij elkaar om de ander te overtuigen, gooi er wat tegenargumenten bij en werk stap voor stap naar je eigen conclusie toe en wel op zo´n manier dat je de lezer klemzet: aan jouw conclusie is niet te ontkomen.

Broodnodig: voor het nu volgende doel had ik een opzetje, een korte voorbereiding nodig. Ik wilde namelijk een grote supermarktketen ervan overtuigen dat hun brood ´niet zo lekker is´ (vréselijk smerig eigenlijk, niet te vreten eigenlijk, en verzin hier zelf maar nog steviger kwalificaties…), en ik wenste hen ertoe over te halen daar alstublieft (!) iets aan te doen. Dit doel probeerde ik te bereiken via een betoog, waarvoor ik mijn argumenten goed op een rijtje wilde hebben. Aandachtig nadenkend over die argumenten – wat dus ook een vorm van voorbereiden is – bleek dat ik niet alleen ontdekte welke daarvan sterk of zwak zijn, maar het leverde me ook nog eens nieuwe argumenten op. Dus je focussen op wat je wilt beweren, kan werkelijk iets opleveren.
Helaas bleek de supermarktmacht onvermurwbaar. Gelukkig openden wel elders in mijn stad echte bakkers hun deuren. Gna, gna! Én ik sloeg zelf aan het bakken. Mmm.

3.     Je hele tekst al plannen?

Vaak wordt geadviseerd om in je plan of schema alvast de alinea-opbouw op te nemen. Dit houdt dus in dat je van te voren al zou kunnen weten wat je precies per hoofdstuk of paragraaf wilt schrijven, plus ook nog eens van de alinea´s die daartoe behoren. Ik heb zelf nooit ervaren dat ik dat van tevoren allemaal al kon weten, noch tijdens werkstukken die ik tijdens mijn opleiding schreef, noch tijdens beleidstukken die ik later vervaardigde.
Je kunt zoveel mogelijk van te voren structureren. In een recent leerboek over het schrijven van scriptie & onderzoek (ben de titel vergeten) wordt mijn ervaring bevestigd. Dat vond ik een tamelijk rustgevende gedachte. Ik voelde me altijd een beetje dom omdat ik die gedetailleerde voorbereiding niet voor elkaar kreeg. Heb jij dat gevoel soms ook? Nergens voor nodig dus.

Er zijn romanschrijvers die hun hele roman op kaartjes en schema´s zetten. Anderen beginnen en laten hun fantasie de vrije loop. Zoveel mensen zoveel werkwijzen.

 

Mijn advies is om zoveel mogelijk te ordenen en verder je gezonde verstand te gebruiken. Iets veranderen aan je oorspronkelijk plan is niet erg. Laat je plan gerust groeien en ontwikkelen, en vergeet niet af en toe ook wat te snoeien.

Een plan is een hulpmiddel, geen wet. 

 

4.     De niet-planning of de niet-planner

Sommige mensen bereiden zich niet zo bewust op het schrijven voor. Ze zeggen zelfs zich niet voor te bereiden. Vaak hebben zij echter wel al een idee in hun hoofd en daarmee starten ze gewoonweg.
Natuurlijk kun je blanco, zonder plan, beginnen. Vraag jezelf dan wel even af wat voor type tekst je gaat schrijven en waarover. Blanco aan een gedicht beginnen? Geen probleem. Blanco aan een verhaaltje gaan werken? Gewoon doen. Essay? Aangezien een essay bedoeld is om je mening te onderzoeken, zou gewoon beginnen best slim kunnen zijn. Bedrijfsplan? Nee, dat zou ik plannen.

5.     Toch: probeer eens iets anders

Gaat schrijven je zonder schrijfplan goed af, gewoon zo doorgaan. Toch?

Moet je teksten vervaardigen voor je bedrijf, en mocht je schrijven leuk vinden, dan zou je jezelf eens toe kunnen staan om de eerstvolgende keer (opnieuw) uit te proberen wat voor jou de prettigste en meest effectieve manier van schrijven blijkt. Zeker als je jezelf schaart onder de niet-planners zou ik dit doen.
Neem voor dat experiment onderwerpen die je moeilijk vindt. Maak voor het ene wel een plan en voor het andere niet. Wat is het verschil, in tijd, in kwaliteit, schrijfstijl?

Als je altijd plant, kun je jezelf misschien eens toestaan om zonder plan te beginnen. Schrijf niets van te voren op. Wie weet wat het je oplevert. Misschien meer creativiteit, misschien een vrijere schrijfstijl of wellicht krijg je andere ideeën. Het schrijven zelf kan namelijk ook helpen om je gedachten te ontwikkelen. Een plan is daarvoor niet de enige middel. 

6.     Conclusie

Schrijven kun je zonder of met een plan aanpakken. Wees je vooral bewust van wat je doet en als het niet goed lukt om een tekst uit je vingers te krijgen, zet dan een stapje terug en geef jezelf feedback. Een goed hulpmiddel is het CCC-model van Jan Renkema. Kom je er dan nog niet uit, laat dan een ander eens naar je werk kijken.
Lukt het dan nog niet en komt dat te vaak voor, huur dan een professional in. Ben jij van een berg zorgen af.

7.     Het simpelste schrijfplan in 5 stappen en voorbeelden

 

Stap 1. Oriënteren

  1. Wat is de centrale boodschap aan mijn lezers?
    Mogelijkheden:
    a. Per heden een factuur mét aparte btw-vermelding.
    b. Tot 12 december 50% korting.
    c. Mijn opa is overleden.
    d. Nieuwe cursussen Italiaans koken per 1 januari.
  2. Wat is het doel van mijn tekst?
    Mogelijkheden: vermaken, informeren, overhalen, berispen, aanmanen, iets leren.

Stap 2. Inhoud bepalen

Het helpt als je nadenkt over welke vragen jouw lezer aan jou kan hebben. Met de mogelijkheden die hierboven zijn genoemd, kun je denken aan:

ad a. Geldt btw-vermelding voor iedereen, of is er verschil tussen klanten en privépersonen?

ad b. Echt? Korting op alle producten?

ad c. Wie zijn uitgenodigd voor de begrafenis, waar is die, hoe laat, etc.

ad d. Waar is de cursus, hoe laat, kosten, hoeveel lessen, moet ik zelf ingrediënten meenemen?

Stap 3. Structuren

 

Voorbeeld voor cursus Italiaans koken (folder)

0e logo o.i.d.

1e alinea (titel): Italiaans Topkoken Thuis
Italiaans koken met pasta´s en sausen uit Sicilië.

2e alinea: Voor het vijfde jaar op rij, leert Ana Bella je pasta´s maken en laat ze je kennismaken met zes overheerlijke Italiaanse sauzen. Dit keer uit het warme Sicilië, een streek met een rijke culinaire traditie.
Je gaat basispasta´s maken met alleen bloem, maar ook varianten met ei, zeewier, bietensap of spinazie. En niet te vergeten: lasagne. Over die pasta´s schep je sauzen met en zonder vlees of vis, met room en kaas en seizoengroentes.

3e alinea: Niets smaakt zo goed als verse en zelfgemaakte pasta. Verwen je familie en gasten met je eigenbereide Italiaanse schotels.

4e alinea: Nooit was Italiaans koken zo uitdagend.            Buon appetito!

5e alinea / of onderste regels
Gebouw de Nieuwe Weelde
Dinsdag 14.00 – 16.30 uur
Kosten 150 euro p.p.
Inschrijven voor 15 december
Aantal bijeenkomsten: 6
Overig: voor de pasta-ingrediënten wordt gezorgd. Je dient zelf de overige ingrediënten mee te nemen. Je ontvangt tijdig een boodschappenlijst.

Gebouw de Nieuwe Weelde
Kooklaan 30,
2459 PP, Best
info@topkokenthuis.com
telefoon: 06 123 456 78

Stap 4 Het schrijven zelf

Schrijf eerst op basis van stap 1 – 3.

Stap 5 Kijk na en werk netjes af

De eindredactie doe je logischerwijs pas aan het eind. Sleep je tekst door de spelling- en grammaticachecker. Die verwijdert ook dubbele spaties. Blijf echter opletten. Woorden kunnen goed geschreven, maar grammaticaal onjuist zijn. Als je je computer of laptop met iemand anders deelt, kunnen door hem of haar foute woorden in de spellingchecker zijn geplaatst.

Wat ook goed helpt, is je tekst in een ander lettertype zetten. Dan heb je kans dat je dingen opvallen die je eerder niet zag.

Laat een wat langere tekst een dagje liggen en lees hem dan nog eens door. Dat kan overigens nooit kwaad. Mensen met dyslexie vertellen me vaak dat zij deze werkwijze toepassen en dat het hen helpt.

Is het een hele belangrijke tekst, laat hem dan zeker door iemand anders lezen. Je bent blind voor je eigen fouten. Dit komt doordat jij, net als iedereen, leest op woordbeeld en tekstbegrip. Je vliegt als het ware over de woorden, regels en alinea´s en zelfs de hele tekst heen; daar ben je nu eenmaal in getraind.

Uitspreken gaat langzamer dan lezen. Je tekst hardop lezen is tot slot ook een zinvolle actie. Doe dit voornamelijk bij stukken die voor je gevoel nog niet lekker lopen. Je merkt dan ten eerste meteen waar je over struikelt én je hoort je tekst waardoor je de muzikaliteit ervan ervaart. Misschien moet hier en daar een ‘nootje’ worden verschoven.
© copyright tekst en afbeelding edith nijhof

 

Geef een antwoord